'Je leven omzetten tot eredienst aan God'

Hij vervulde een belangrijke rol tijdens het Concilie en leidde bijna twintig jaar een van de belangrijkste lekenbewegingen in de Kerk. Maar het zijn honderden gewone mensen die gebedsverhoringen melden op voorspraak van Don Alvaro del Portillo (1914-1994).

Hij was erbij, die gedenkwaardige vijftiende augustus 1986, toen Don Alvaro del Portillo, bisschop-prelaat van het Opus Dei, het Utrechtse studentenhuis Lepelenburg bezocht. Dat bezoek heeft diepe indruk achtergelaten op Alfred Driessen, oud-hoogleraar natuurkunde aan de Technische Universiteit Twente. Temeer omdat het de hoogste baas zelf was die op het hoogfeest de gebruikelijke jaarlijkse toewijding aan het Onbevlekt Hart van Maria verrichtte. Hij vroeg daarin “te leren denken wat zij denkt, te beminnen wat zij bemint en te lijden zoals zij lijdt” en zo “ons hele leven om te zetten in een eredienst aan God”.

‘Geroepen tot heiligheid’

Daarmee is gelijk de kern van de spiritualiteit van het Opus Dei geraakt. Die is in de jaren twintig van de vorige eeuw ontwikkeld door de in 2002 heiligverklaarde Spaanse priester José-Maria Escrivá de Balaguer (1902-1975), naar zijn eigen zeggen door goddelijke ingeving. Escrivá was daarmee zijn tijd ver vooruit. “Het nieuwe van het Opus Dei, het Werk Gods, was, dat het onderkende dat iedere gelovige, in welke levensstaat dan ook, geroepen is tot heiligheid”, vertelt Driessen, secretaris van het dagelijks bestuur van Opus Dei in Nederland. Dat verklaart volgens hem deels het binnenkerkelijk gemor tegen ‘Het Werk’, zoals de leden het noemen. “De boodschap dat je geen priester of kloosterling hoeft te worden om in de hemel te kunnen komen is ons, met name door sommige religieuzen, niet in dank afgenomen.”

Met een Engelse sleutel

Die gedachte sprak in ieder geval Alvaro del Portillo aan, toen hij Escrivá in 1935 voor het eerst ontmoette. Alvaro had zijn geloof altijd al serieus genomen, getuige zijn moed om ondanks het giftig antikerkelijke klimaat van het Spanje van toen in een arbeiderswijk catechese te geven. Hij werd er letterlijk uitgeslagen, met een Engelse sleutel. “Er is een foto waarop hij staat met een groot verband om zijn hoofd. Hij zei dat het meeviel, maar later bleek dat hij er maanden last van heeft gehad”, vertelt Driessen.

Vanaf die ontmoeting is Alvaro eigenlijk niet meer van Escrivá’s zijde geweken. Maar hij werd, net als voor alle priesters van ‘Het Werk’ geldt, pas gewijd nadat hij als civiel ingenieur was afgestudeerd en zijn kerkelijke studies had voltooid. Twee jaar later, in 1946, reisde hij met Escrivá mee naar Rome. Daar werkte hij bij verschillende curie-afdelingen, maar ook als persoonlijk assistent van de Opus Dei-leider. “De stichter had gezien dat hij naast grote capaciteiten ook een diep geloof had. Toen hij tijdens de Tweede Wereldoorlog per vliegtuig naar Rome ging en er geschoten werd, had hij er alle vertrouwen in dat hem niets zou overkomen, omdat hij er voor Gods eigen zaak heenging.”

Twee grote klussen

Hij vervulde in Rome verschillende taken, waaronder die van hoofd van Opus Dei Italië en van rector van het eigen seminarie. Daarnaast was hij nauw betrokken bij het Tweede Vaticaans Concilie, met name bij de totstandkoming van het decreet over het ambt en het leven van de priester. Ook was hij betrokken bij de herziening van het kerkelijk wetboek. “De stichter zag hem al vroeg als zijn opvolger en hij was een van zijn twee vaste begeleiders als hij op reis ging.”

Het was geen verrassing dat Del Portillo in 1975 Escrivá opvolgde als hoofd van het Opus Dei. Er wachtten hem twee grote klussen. Allereerst de beweging zijn definitieve vorm geven, waarvoor uiteindelijk de kerkrechtelijke vorm werd gecreëerd van de personele prelatuur, waartoe ‘Het Werk’ in 1982 werd verheven en waarvan Don Alvaro aan het hoofd stond, vanaf 1991 als bisschop. Daarnaast was er de zalig- en heiligverklaring van de stichter, die hij heeft voorbereid.

Niet van een leien dakje

Don Alvaro besteedde veel tijd aan het bezoeken van Opus Dei-initiatieven over de hele wereld. Alfred heeft hem verschillende keren meegemaakt tijdens bezoeken aan Amsterdam en Utrecht. “Je merkte in die ontmoetingen dat hij een bijzonder mens was. Er ging een enorme rust van hem uit. Hij was hartelijk in de omgang en kon goed luisteren. Het ging in de jaren zeventig en tachtig niet allemaal van een leien dakje, noch voor Opus Dei, noch voor Nederland. Hij is toen wel een keer of vijf geweest. Hij zei dat omdat Nederland zoveel voor de Kerk betekend heeft, dat, als wij voldoende zouden bidden, wel weer terug zou komen.”

Dat ook paus Johannes Paulus II hem hoog waardeerde, blijkt uit het feit dat die hem, enkele uren na zijn overlijden, persoonlijk de laatste eer kwam bewijzen. Wat indruk heeft gemaakt is dat Don Alvaro overleed na terugkeer van een bezoek aan het Heilig Land. “De laatste keer dat hij de Eucharistie vierde, was in de zaal van het Laatste Avondmaal”, vertelt Driessen.

‘Kinderziektes overwinnen’

Zijn aanstaande zaligverklaring is, na de heiligverklaring van Escrivá, een belangrijke stempel van kerkelijke goedkeuring voor het Opus Dei, dat niet onomstreden is. “En er zijn nog een stuk of twaalf leden in verschillende stadia van een zaligverklaringsproces.” Volgens Driessen heeft veel van de kritiek te maken met de betrekkelijke nieuwheid van de boodschap, maar moet iedere organisatie ook “rijpen en kinderziektes overwinnen”.

Stroom gebedsverhoringen

Voor de ingewijden stond de persoonlijke heiligheid van Don Alvaro al langer vast, net als zijn onvermoeibare inzet voor de Kerk. Dat wordt sinds zijn dood bevestigd door een niet aflatende stroom van gemelde gebedsverhoringen. Een ervan betreft een jongetje dat een langdurige hartstilstand overleefde. José Ignacio, geboren in 2003, bleek na zijn geboorte niet alleen een buikwanddefect te hebben, maar ook een hartafwijking, waardoor hij twintig dagen na zijn geboorte werd geopereerd. Enkele dagen later traden ernstige complicaties op die een hartstilstand veroorzaakten. Toen de artsen het na meer dan een half uur reanimeren wilden opgeven, begon zijn hartje weer te kloppen. De vrees van de artsen voor opgelopen schade bleek voorbarig.

Nog voor de geboorte van José Ignacio begonnen zijn ouders te bidden tot Don Alvaro, wetende dat er complicaties zouden optreden. Dat hun kind op medisch onverklaarbare wijze is genezen schrijven zij aan hem toe en geldt als het benodigde wonder voor de zaligverklaring. Die zal op 27 september plaatsvinden in Madrid.

Dat de betrekkelijk jonge beweging al een heilige, een zalige en een reeks kandidaten heeft opgeleverd bevestigt voor Driessen precies waarvoor zij is opgericht: dat ieder de opdracht en de reële mogelijkheid heeft heilig te worden. Opus Dei ziet zichzelf graag als instrument daartoe.

Jan Peeters

Katholiek Nieuwsblad