"Een groot hart hebben"

Boodschap van bisschop Javier Echevarría ter gelegenheid van het eerste lustrum van de heiligverklaring van de heilige Jozefmaria.

Vijf jaar geleden, op 6 oktober 2002, verklaarde paus Johannes Paulus II de stichter van het Opus Dei, Jozefmaria Escrivá, heilig. Honderdduizenden mensen uit alle delen van de wereld waren daarbij aanwezig. Tijdens de audiëntie op de dag erna karakteriseerde de paus de heilige Jozefmaria als de heilige van het gewone. Met deze uitdrukking vatte hij de kern van de boodschap, die verkondigd werd door deze toegewijde priester, samen: Ons dagelijkse leven – gezinsleven, beroepswerk, sociale relaties – is een weg die naar de hemel leidt, als men de blik op God richt met het verlangen om de naasten helpen.

Elke situatie, hoe alledaags ook, heeft iets goddelijks

Ik had het geluk - ik zie het als een gave Gods - om een kwart eeuw directe getuige te zijn geweest van de wijze waarop de heilige Jozefmaria de mensen hielp om de breuk tussen een leven uit geloof en het alledaagse leven te helen. Vanaf het prille begin van het Opus Dei op 2 oktober 1928 onderrichtte hij dat alle eerbare menselijke bezigheden, omdat zij door God gewild en door Christus bij zijn menswording aangenomen zijn, een weg kunnen zijn tot heiligheid. “Beseft het goed: in elke situatie, hoe alledaags ook, is iets heiligs, iets goddelijks te vinden. Aan jullie de taak dat te ontdekken.” (homilie “De wereld hartstochtelijk liefhebben”, 8 oktober 1967). Hij droeg deze boodschap bij verschillende gelegenheden, vanwege theologische redenen en als praktisch advies, uit aan vrouwen en mannen in verschillende maatschappelijke omstandigheden en beroepen, bij persoonlijke ontmoetingen of tijdens een bijeenkomst met duizenden mensen, zoals tijdens de homilie die ik zo-even citeerde, ten overstaan van twintigduizend gelovigen op de campus van de Universiteit van Navarra.

In de fabriek, het kantoor, thuis

Het laten samengaan van iemands geloof en dagelijks leven is een kwestie van liefde. Als de liefde voor God ten grondslag ligt aan christelijke handelingen, dan vindt men het natuurlijk om bij het starten, het uitvoeren en het volbrengen van deze activiteiten de eigen gedachten daarbij te richten op God. De fabriek, het kantoor, de bibliotheek, het laboratorium, de werkplaats, binnen de muren van het eigen huis, worden dan plaatsen voor een dialoog tussen de Schepper en zijn schepsel, tussen een Vader die zijn kinderen onnoemelijk lief heeft en een zoon of dochter die Gods liefde heeft leren kennen. Alles wordt dan een potentieel onderwerp van gebed. Evenzo, als men een oprechte liefde voor de naaste ontwikkelt, dan voelt men de behoefte om het gezin, de sociale en beroepsmatige relaties te inspireren met de balsem van de naastenliefde.

Naastenliefde betekent een groot hart hebben

Dit is een zeer actuele en belangrijke boodschap voor deze tijd en generatie, getroffen door lege ideologieën en daden die ingegeven worden door egoïsme of een honger naar macht. Christelijke naastenliefde is nooit iets instrumenteels dat andere doelen nastreeft. Oprechte liefde is gratis. De naastenliefde beleven in iemands dagelijkse leven, aldus de heilige Jozefmaria, vereist een “groot hart hebben, meevoelen met de zorgen van hen die ons omringen, vergeving schenken en begrip hebben, zich kunnen opofferen met Jezus Christus voor alle zielen” (Als Christus nu langs komt, nr. 158).

Zoals Benedictus XVI ons in zijn eerste encycliek herinnerde, is de naastenliefde de fundamentele keuze in een christelijk leven. Op de vijfde verjaardag van de heiligverklaring van de heilige Jozefmaria, zijn mijn hart en gedachten bij de vele gelovigen en medewerkers van de Prelatuur van het Opus Dei die, tezamen met hun vrienden en collega’s, hun leven wijden aan sociale projecten met diepe christelijke wortels. Zij treden dus in de voetsporen van de grootmoedigheid die de heilige Jozefmaria liet zien door zovele evangelisatiewerken en ontwikkelingsprojecten voor de armsten aan te moedigen, zoals Johannes Paulus II opmerkte in zijn toespraak op de dag na de heiligverklaring. Enkele van deze activiteiten zijn juist gestart om deze gebeurtenis in het kerkelijke leven te vieren, op een wijze die de heilige Jozefmaria een plezier zou hebben gedaan. Dit is bijvoorbeeld van toepassing op het Laguna centrum voor palliatieve zorg in Madrid, en Harambee ten behoeve van de ontwikkeling van de Afrikaanse landen bezuiden de Sahara. Na vijf jaren brengen deze projecten elke dag mooiere vruchten voort, voor zowel degenen die hieraan meewerken als degenen die baat hebben van deze projecten.

Maar de oproep om de christelijke naastenliefde te beleven is evenzeer urgent voor de mensen die zichzelf niet dagelijks of uitsluitend toewijden aan de sociale werken. In iemands dagelijks leven is de naastenliefde onscheidbaar van de menselijke genegenheid: “Wij hebben niet een hart om God te beminnen en een hart voor de mensen: ons arme hart, van vlees, bemint met een menselijke genegenheid die, mits verenigd met de liefde van Christus, ook bovennatuurlijk is. Dat, en niets anders, is de liefde die wij in de ziel tot ontwikkeling moeten brengen” (Vrienden van God, nr. 229).

Vergeving schenken en vergeving aanvaarden

In de huidige tijd, die ongelukkigerwijze zo getekend wordt door conflicten – zowel op gezins-, nationaal als internationaal niveau – betekent naastenliefde in de praktijk vooral: vergeving schenken en vergeving aanvaarden. Vergeving biedt de enig mogelijke weg om een slagveld te veranderen in een plaats van samenwerking en solidariteit. Te streven om anderen te begrijpen, vergeving te schenken en te ontvangen, vereist zeker een grote inspanning. Het is een weg van ‘vallen en opstaan’, maar een weg die altijd hoop geeft. Als echter in een cultuur vergeving ontbreekt, dan wordt het moeilijk om de eenheid binnen het gezin te bewaren, om te werken aan een gemeenschappelijk doel in de samenleving, om de vrede en vreugde te brengen in internationale betrekkingen.

De genegenheid ervaren

Bovendien is naastenliefde voor een christen de beste manier om het geloof te verspreiden. Benedictus XVI schreef: “De liefde is in haar zuiverheid en onbaatzuchtigheid het beste getuigenis voor de God waarin wij geloven” (Deus Caritas Est, nr. 31). Evangelisatie is nooit slechts het communiceren van een intellectuele boodschap. De ontdekking de rijkdom van ons geloof wordt vaak voorafgegaan door een persoonlijke ontmoeting. Vele mensen voelen zich spontaan aangetrokken tot Christus, als zij de genegenheid ervaren van christenen. In deze zin onthult het liefhebben van anderen in ons dagelijks leven met specifieke daden een mogelijkheid om anderen te leren kennen en om onszelf kenbaar te maken. Zoals de heilige Jozefmaria placht te zeggen: Evangelisatie is een taak die toebehoort aan degenen met een groot hart en open armen.

Het Tweede Vaticaans Concilie waarschuwde dat een van de grootste fouten van de moderne wereld de scheiding is van geloof en dagelijks leven (vgl. Gaudium et Spes, nr. 43). Vijf jaren na de heiligverklaring van de heilige Jozefmaria, de heilige van het gewone, smeek ik God op zijn voorspraak dat speciaal bij ons christenen in ons hart de liefde voor God, voor onze broeders en zusters, voor alle mensen te verenigen. Ik vraag Hem ook om onze pogingen te sterken om elke dag met licht van de liefde te kunnen verlichten.

+ Javier Echevarría

Prelaat van het Opus Dei