De eerste jaren
1928, 1929, 1930… De heilige Jozefmaria moest Gods wil vervullen maar hij had noch goed voorbereide mensen noch financiële middelen.
Jozefmaria herrinert zich dankbaar 2 oktober 1928 en
Het was 2 oktober 1928 Feest van de Heilige Engelbewaarders Toen de Heer wilde Dat we zouden beginnen met werken
Stichting Opus Dei
“Ik was 26, bezat de genade van God, een goed humeur en meer niet. En daarmee moest ik het Opus Dei verwezelijken.”
Tussen de armen en zieken
Tussen de armen, de zieken en de kinderen vond hij de kracht om het enorme project in gang te zetten dat de Heer die dag aan hem had toevertrouwd.
De jaren op het seminarie
Waarom wordt ik priester? De Heer wil iets met mij: maar wat? En in Latijn - niet erg mooi Latijn - ... bleef ik herhalen 'Domine, ut videam! Ut sit! Ut sit!' Moge datgene wat U wilt en dat ik niet weet, werkelijkheid worden!
Jozef Escriva's zaak gaat failliet
Jozef Escrivá was de vader van Jozefmaria. Zijn bedrijf ging failliet en hij moest een gewone baan nemen in Logroño. Het gezin verhuisde in 1915 naar deze stad.
Voetstappen in de sneeuw
Het mag verbazingwekkend lijken dat zoiets kleins als enige voetstappen in de sneeuw voldoende was om een tiener de grote beslissing te doen nemen om zijn leven aan God te wijden. Maar dat is de taal die God vaak gebruikt om mensen te roepen en dat is de manier waarop edelmoedige zielen die God echt zoeken kunnen antwoorden: met vertrouwen.
Een Christelijk gezin
De heilige Jozefmaria herinnerde zich met dankbaarheid hoe zijn ouders hem stap voor stap lieten kennismaken met het christelijke leven.