"Jezus koos ervoor geboren te worden in een vroom, hardwerkend Joods gezin"

Op woensdag 17 december, zijn 78ste verjaardag, begon paus Franciscus een serie algemene audiënties over het onderwerp van het gezin.

Dierbare broeders en zusters, goede dag!

De Bisschoppensynode over het gezin die zojuist werd gehouden, is een eerste stap geweest op een weg die volgend jaar in oktober zal besloten worden met een volgende synode over het thema "Roeping en zending van het gezin in kerk en wereld". Het gebed en het denken dat deze tocht moeten begeleiden is een zaak van heel het Volk van God. Het is mijn bedoeling dat ook de gangbare overwegingen bij gelegenheid van de audiënties op woensdag deel zouden uitmaken van die tocht. Ik heb dus besloten om dít jaar met jullie na te denken over het gezin, over deze grote gave die de Heer aan de wereld heeft geschonken van bij het begin van de schepping, toen Hij aan Adam en Eva de opdracht gaf zich te vermenigvuldigen en talrijk te worden. (vgl. Genesis 1:28) Die gave heeft Jezus in zijn Evangelie bevestigd en bezegeld.

De nabijheid van Kerstmis werpt op dit mysterie een helder licht. De menswording van de Zoon van God is een nieuw begin in de universele geschiedenis van man en vrouw. En dat nieuwe begin heeft plaats in de schoot van een gezin. Jezus werd in een gezin geboren. Hij had op een spectaculaire wijze kunnen komen, als een strijder, een keizer ... Neen, neen: Hij komt als het kind van een gezin, in een gezin. Dat is belangrijk: in de kribbe dat schitterende gebeuren zien.

God heeft er voor gekozen geboren te worden in een menselijk gezin, dat Hijzelf in het leven had geroepen. Hij heeft dat gezin gemaakt in een verloren dorp aan de rand van het Romeinse keizerrijk. Niet in Rome, hoofdstad van het keizerrijk, niet in een grote stad, maar in een bijna onzichtbaar randgebied; zelfs eerder met een slechte naam. Ook de Evangelies brengen dat in herinnering, als het ware om te zeggen: "Uit Nazareth? Kan daar iets goeds vandaan komen?" (Joh. 1,46). Misschien spreken wij, op vele plaatsen in de wereld nog op dezelfde wijze wanneer we de naam van een buitenwijk van een grote stad horen noemen. Welnu, precies van daar, vanuit die buitenwijk van het grote keizerrijk, is de meest heilige en goede geschiedenis begonnen, de geschiedenis van Jezus tussen de mensen! En daar was er dat gezin.

Gedurende dertig jaar is Jezus in dat randgebied gebleven. De Evangelist Lucas vat die periode als volgt samen: Jezus "was hen (Maria en Jozef) onderdanig". Men zou kunnen zeggen: "Die God, die ons komt redden, heeft dertig jaren verloren, in die buitenwijk met slechte reputatie?" Hij heeft dertig jaren verloren! Hij heeft dat gewild. De weg van Jezus verliep in dat gezin. "De moeder bewaarde alles in haar hart. En met de jaren nam Jezus toe in wijsheid en welgevalligheid bij God en de mensen" (Lc. 2,51-52). Er wordt niet gesproken over mirakels en genezingen, over prediking – in die periode deed Hij dat niet – ook geen toestromen van menigten; in Nazareth leek alles "normaal" te verlopen, volgens de gewoonten van een vroom, arbeidzaam Joods gezin: er werd gewerkt, moeder kookte, alle huishoudelijk werk, streek de hemden... alle bezigheden van een moeder. De vader, timmerman, werkte en leerde de zoon werken. Dertig jaren. "Wat een verkwisting, padre!" Gods wegen zijn geheimenisvol. Het belangrijkste daar was dat gezin! En dat was geen verkwisting! Zij waren grote heiligen: Maria, de meest heilige vrouw, de onbevlekte, en Jozef, de meest rechtvaardige man... Het gezin.

We zouden zeker vertederd worden door het verhaal over de jeugd van Jezus, hoe Hij omging met de afspraken van de godsdienstige gemeenschap en met de verplichtingen van het sociale leven; hoe Hij als jonge arbeider met Jozef werkte; en dan hoe Hij deelnam aan het beluisteren van de Schriften, aan het gebed der psalmen en aan zoveel andere gebruiken van het dagelijks leven. In hun soberheid, berichten de Evangelies niet over de jeugdjaren van Jezus. Ze laten dat over aan onze liefdevolle overwegingen. De kunst, de letterkunde, de muziek hebben dit pad van de verbeelding bewandeld. Vast en zeker kunnen we ons voorstellen hoeveel de moeders zouden kunnen leren van de bekommernissen van Maria voor die Zoon. En hoeveel de vaders kunnen halen uit het voorbeeld van Jozef de rechtvaardige, die zijn leven veil had om het Kind en zijn moeder – zijn gezin - te steunen en te verdedigen bij de moeilijke overgangen! Om niet te spreken over hoe de jongeren zouden bemoedigd worden door de jeugdige Jezus bij het inschatten van de noodzaak en de schoonheid om hun meer diepe roeping te cultiveren en grote dromen te koesteren! Gedurende die dertig jaar heeft Jezus de roeping gecultiveerd waarvoor de Vader Hem gezonden had. Jezus heeft zich in die periode niet laten ontmoedigen, maar is gegroeid in de moed om verder te gaan met zijn zending.

Elk christelijk gezin kan - zoals Maria en Jozef deden – vooreerst Jezus onthalen, naar Hem luisteren, met Hem praten, Hem verdedigen, Hem beschermen, samen met Hem groeien en zo de wereld beter maken. Laten we in ons hart en in onze dagelijkse tijdbesteding ruimte maken voor de Heer. Dat deden ook Maria en Jozef en dat was niet makkelijk: hoeveel moeilijkheden moesten ze niet overwinnen! Het was geen ingebeeld, geen onwerkelijk gezin. Het gezin van Nazareth daagt ons uit de roeping en zending van het gezin, van elk gezin, te herontdekken. En, zoals het gebeurde tijdens die dertig jaar in Nazareth, zo kan het ook ons overkomen: liefde gewoon doen worden in plaats van haat, wederkerige hulp algemeen doen worden en niet onverschilligheid of vijandigheid. Het is dus geen toeval dat "Nazareth" betekent: "zij die bewaart", zoals Maria die – zoals het Evangelie zegt – "al deze woorden in haar hart bewaarde". (vgl. Lucas 2:19.51) Sindsdien is, telkens als een gezin dit mysterie bewaart, zelfs aan de rand van de wereld, het mysterie aan het werk van de Zoon van God, van Jezus die ons komt redden. Hij komt om de wereld te redden. Dat is de grote zending van het gezin: ruimte scheppen voor Jezus die komt, Jezus in het gezin onthalen, in de persoon van de kinderen, van de echtgenoot, van de echtgenote, van de grootouders….Daar is Jezus. Hem daar onthalen, zodat Hij spiritueel in dat gezin kan groeien. Dat de Heer ons, in deze laatste dagen voor Kerstmis, deze genade schenke. Dankjewel.

Libreria Editrice Vaticana / Rome Reports || vertaling RKDocumenten.nl